‘Schoenen aan.’
‘Nee, dat doe ik zelf.’
‘Oké, maar doe ze dan nu aan.’
‘Jaaa.’
‘Ik ga naar buiten en als ik terugkom, dan zijn ze aan, oké?’
‘Mmm.’ [Hij kijkt alweer naar buiten of is aan het springen op de bank]
Controle. Daar is waar het om gaat, hebben we hier in huis bedacht. Kinderen doen namelijk niet zomaar iets. Dat denken we soms wel, maar achter elk gedrag zit een behoefte. Dat heb ik geleerd. En sinds ik dat geleerd heb, proberen man en ik die behoefte overal te zoeken. En bij zoonlief is die behoefte meestal: zelf alles willen bepalen. En als dat niet lukt, tegendraads gaan doen. Nu is zo’n theorie heel mooi, en volgens mij klopt hij ook wel, maar dan komt stap twee. Hoe kom je als ouder tegemoet aan de behoefte? Vanmorgen deed ik dat door te zeggen dat hij de schoenen zelf mocht aantrekken. Stom natuurlijk, want ik weet dat hij dat niet kan. Zelfs niet met die elastische veters, die er nu in zitten. Maar ja, ik moet hem toch een stukje controle geven. En dan de hamvraag, hoe zijn die schoenen uiteindelijk aangekomen? Ik weet het niet meer. En dat is vaak waar al die theorieën mislopen. Een tijdje werkt het, maar als het echt laat gaat worden, dan doe je het toch weer op je eigen manier, zonder al te veel na te denken.