dinsdag 16 november 2010

Snoepgoed

‘Huur Sinterklaas’ M’n zesjarige dochter schiet in de lach als ze deze tekst op internet leest. ‘Hoe kan je nou Sinterklaas huren?’ Ik lach met ‘r mee. Sinterklaas, hij is weer in het land. De spanning loopt op bij ons thuis. Het Sinterklaasjournaal mag niet gemist worden en als er een schoen gezet wordt, blijkt slapen niet altijd makkelijk. ‘Is hij al geweest?’, hoor ik dochterlief uit haar kamertje vragen.

Een paar jaar geleden was het ook spannend, maar anders dan nu. Door een wat ongelukkige ontmoeting met een Piet was mijn dochter toen doodsbang voor alle Pieten. Als we dan op straat liepen en ik zag in de verte een Piet aankomen, renden we de andere kant op of doken we een winkel in. Dat is gelukkig over nu. Hij is nog steeds wel een beetje eng, maar het vooruitzicht van een hand vol snoepgoed maakt veel goed.

vrijdag 12 november 2010

Verhalen

Een intercity die naar Hoofddorp gaat. Dat kan toch niet? Alleen de combinatie intercity en HoofdDORP, dat vloekt al. Maar toch zat ik gisteren in die snelle trein naar Hoofddorp. Er waren namelijk wegwerkzaamheden. De trein naar Leiden ging maar tot Hoofddorp en daarna stond er een bus klaar. De reis werd daardoor langer dan waar mijn reisgenoot en ik zin in hadden. En we hadden al vertraging door een Amsterdamse tram die maar niet kwam opdagen. Maar oké, je doet er niets aan. Zoals je ook niets doet aan die jongen die naast je komt zitten en z’n levensverhaal aan je gaat vertellen. Ik zag het al aankomen toen hij onze kant op kwam. Ik dacht, die heeft een verhaal. Het was overigens een triest verhaal. Over een ex en drie kinderen. Eén kindje was bij de eerste ex. Twee kinderen van de andere ex waren net door Jeugdzorg ergens anders ondergebracht. Hij zal niet ouder geweest zijn dan vijfentwintig. Zo jong en dan al dit meemaken.

Reizen met de bus of trein is zo toch echt anders dan met de auto ergens naartoe gaan. Daar geen levensverhalen, of het moet op Radio 1 zijn. En daar maak je ook niet mee dat je op een koud perron drie collectanten van de KWF tegenkomt, zoals gisteren. Jong nog, witte plastic jassen aan met het logo van het goede doel. Ik was onder de indruk, totdat een van de jongens een pakje sigaretten uit z’n zak haalt, een sigaret opsteekt en er een aan de jongen naast hem geeft. Dat was zo’n raar gezicht. Een collectant van de kankerbestrijding die rookt. Dat klopte gewoon niet. Net als die intercity die naar Hoofddorp ging.

dinsdag 9 november 2010

Gesprek

Communicatie. Mooi woord, maar wel ingewikkeld. Soms lukt het gewoon niet, zoals gisteren met een leerkracht van school. We spraken wel met elkaar maar op compleet verschillende golflengtes. Zij kwam met details, ik wilde duidelijkheid. Lukte niet. Soms gaat mailen of schrijven in zo’n geval beter. Je kunt dan nadenken over wat je wilt zeggen en het op verschillende manieren uitproberen voordat je je mail verstuurt. In een gesprek moet je meteen schakelen en argumenten bedenken. Ik ben daar heel slecht in. Vaak weet ik pas wat ik wilde zeggen als ik naar huis fiets. Ik denk gewoon niet zo snel. Maar mailen of schrijven is niet altijd beter. Mailen kan ook gevaarlijk zijn. Tekst - zwart op wit - kun je niet nuanceren of verzachten met een blik of een glimlach. En tekst heeft een blijvend karakter. De ontvanger kan een e-mail nog een keer lezen waardoor de impact soms nog sterker is. Een zin als ‘Waarom zie ik je nooit meer?’ komt harder aan als je het leest dan wanneer iemand het gewoon tegen je zegt. Als dat gebeurt, kun je meteen reageren … en een afspraak maken.

Ingewikkeld dus, communicatie. Ook de plaats of de toon kunnen een gesprek anders maken. Zo heb ik er moeite mee als iemand na een leuk telefoongesprek heel zakelijk of kortaf afsluit. Dat gebeurt soms zonder dat degene met wie je praat er erg in heeft. Ik heb een vriendin die dat vroeger deed. Toen ik haar erop wees, was ze verbaasd. ‘Doe ik dat?’ In zo’n geval is het weer handiger als je iemand ziet op het moment dat die je gedag zegt. Als hij erbij lacht, is het niet meer erg. En dat brengt me op een punt waar mijn buurman me vanmorgen op wees: mensen die niet lachen wanneer ze met anderen praten. Die bestaan. Ze doen dat ook, denk ik, onbewust, en niet bij elk gesprek, maar het werkt dodelijk voor de communicatie. Probeer het maar eens - praten met iemand en zelf niet lachen of vriendelijk kijken. Ook niet glimlachen. Dat wordt geen leuk gesprek.